Samenwerken met mensen die vergelijkbare overtuigingen en mindsets hebben als jij, is bevorderlijk voor succesvol collectief leren. Maar die vergelijkbare overtuigingen hoeven anderen niet écht te hebben; wanneer je simpelweg besluit dat anderen dezelfde overtuigingen hebben als jij is dat al voldoende. Dat ontdekten Femke Nijland en Marjan Vermeulen, beiden verbonden aan de faculteit Onderwijswetenschappen van de Open Universiteit, die met hun onderzoek nieuwe inzichten geven in de dynamiek van collectief leren binnen professionele leergemeenschappen (PLG’s) in het onderwijs.
Mechanismen van collectief leren
PLG’s zijn samenwerkingsverbanden waarin docenten, andere onderwijsprofessionals en onderzoekers gezamenlijk werken aan het verbeteren van onderwijspraktijken. PLG’s zijn bedoeld om de dagelijkse praktijk van het lesgeven en leren te verbeteren, zowel op individueel als op collectief niveau. Maar collectief leren binnen deze gemeenschappen blijkt vaak lastig te realiseren. Met een verkennend onderzoek wilden Nijland en Vermeulen inzicht krijgen in het collectief leren dat wordt opgebouwd bij de start van twee nieuw gevormde PLG’s. Uit interviews met de deelnemers kwamen vier mechanismen naar voren die belangrijk waren voor het sociale proces: zelfcategorisatie, collectieve aandacht, gemeenschappelijke kennis en collectieve identiteit. Maar Nijland en Vermeulen ontdekten daarnaast nog een vijfde mechanisme, sociale equivalentie.
De rol van sociale equivalentie
Sociale equivalentie verwijst naar de mate waarin PLG-leden overeenkomstige overtuigingen toeschreven aan hun teamgenoten, zoals gedeelde waarden en normen. Het gevoel van gelijkgestemdheid bleek heel belangrijk te zijn voor het vormen van relaties met onbekende teamgenoten, maar dat gevoel hoefde geen relatie met werkelijke overeenkomsten te hebben om een leerrelatie te faciliteren. De onderzoekers benadrukken dat deze bevindingen niet alleen van belang zijn voor de ontwikkeling van PLG’s, maar ook breder toepasbaar zijn. Sociale equivalentie impliceert dat mensen bewust kunnen kiezen met wie ze samenwerken, ongeacht bestaande verschillen. Dit idee biedt mogelijkheden om diversiteit te benutten bij het oplossen van maatschappelijke vraagstukken, maar vergt nog wel meer onderzoek. (bron: Open Universiteit)